Krachtig zet ik de ene voet voor de andere en glijdt het landschap aan mij voorbij. Blauwe luchten, wolkenvelden, felle zon, regen, vogels die fluiten, bospaden, weilanden, water, nog meer water, pijlen en bordjes, een vlinder die fladdert, koffie en soep, boterbloemen, lammetjes, waterplassen, natte voeten. Gedachten die komen en gaan. Gesprekken. Heel veel diepe, bijzondere en mooie gesprekken. Mijn wandeltempo ligt hoger nu, gemiddeld tien minuten per kilometer.
Om vooruitgang te boeken en resultaten te bereiken is motivatie alleen niet voldoende. Natuurlijk is motivatie de drijvende kracht die je in beweging zet. De drijfveer die ervoor zorgt dat je doet wat je doet. Dat vuurtje in jou dat gaat branden. Echter is er meer aan de hand met motivatie. Kort door de bocht is motivatie iets dat een bepaald gedrag veroorzaakt.
We maken onderscheid tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie waarbij het bij de eerste gaat om de motivatie vanuit de persoon zelf (interne drijfveer) en bij de tweede om een externe bron zoals bijvoorbeeld een beloning (externe drijfveer). Verder spelen behoeften en een bepaald verwachtingspatroon ook mee bij motivatie. We zijn gemotiveerder om iets te doen dat onze eigen behoeften bevredigd en zodra we er van uit kunnen gaan dat we voldoende bekwaamheid in huis hebben om succesvol te zijn, waardoor ons doel ook haalbaar is, dan is de motivatie optimaal. Hieruit kan je ook opmaken dat als een doel niet realistisch is omdat het veel te hoog gegrepen is en we er van binnen ook niet warm voor lopen de motivatie dus totaal ontbreekt.
Het is duidelijk dat intrinsieke motivatie, dus vanuit jouw eigen waarden, je altijd verder brengt. Het gaat dan immers om het spel, niet om de winst. Echter is er nog een belangrijk element dat je nodig hebt en dat is standvastigheid. Hier bedoel ik mee vastberadenheid en duurzaamheid. Vastberadenheid om niet op te geven, om door te gaan ook als het tegen zit. Duurzaamheid heeft te maken met zelfdiscipline, je houdt vast aan je planning op de langere termijn door bijvoorbeeld elke dag een rondje te lopen, ook als je geen zin hebt of het weer tegen zit, dan ga je toch.
Met nog twee weken te gaan tot de start, maken heel veel extra kilometers niets meer uit voor het uiteindelijke resultaat, want mijn lichaam is inmiddels gewend om heel veel te wandelen. Ik heb nu meer baat bij rust, gezonde voeding en af en toe een blokje om. Vanuit rust sta ik straks stevig aan de start van de honderd kilometer in Berlijn, vastberaden en gemotiveerd om de eindstreep te halen. Waarom? Gewoon omdat ik het leuk vind om te wandelen en denk dat ik deze uitdaging mentaal en lichamelijk aan kan.
Tot snel.
Reactie plaatsen
Reacties